WAT IS CARDIOVASCULAIR RISICOMANAGMENT
Cardiovasculair risicomanagement is het in kaart brengen van de risicofactoren voor hart- en vaatziekten zoals een hartinfarct, angina pectoris (pijn op de borst als gevolg van zuurstoftekort van de hartspier), herseninfarct, vaatproblemen in de benen (etalage benen). Door middel van leefstijladviezen en zo nodig met medicatie wordt getracht deze risicofactoren positief te beïnvloeden.
WAT ZIJN DE RISICOFACTOREN VOOR HET KRIJGEN VAM HART- EN VAATZIEKTEN
De belangrijkste risicofactor voor het krijgen van hart- en vaatziekten is roken. Roken verdubbelt het risico op hart- en vaat ziekten. Ook als iemand in uw naaste familie een hart- of vaatziekte heeft voor het 60e levensjaar, heeft u een verhoogd risico. Daarnaast zijn diabetes mellitus (suikerziekte), hypertensie (hoge bloeddruk) en een verhoogd cholesterol risicofactoren voor het krijgen van hart- en vaatziekten. Gebrek aan lichaamsbeweging en overgewicht spelen ook een rol.
ADVIEZEN OM RISICOFACTOREN TE VERMINDEREN
- Stoppen met roken is het belangrijkste.
- Streef naar een normaal lichaamsgewicht
- Zorg voor voldoende lichaamsbeweging.
- Gezonde voeding, met aandacht voor zoutgebruik en matig gebruik van alcohol
BEHANDELING
Hoge bloeddruk en verhoogd cholesterol zijn risicofactoren voor hart en vaatziekten . Samen met uw leeftijd en uw rookgedrag kan een cardiovasculair risicoprofiel worden opgesteld. Hiermee wordt de grootte van het sterfterisico voor de komende 10 jaar bepaald als gevolg van een hart en vaatziekte. Afhankelijk van grootte van dit risico, wordt een aanwezige hoge bloeddruk en/of verhoogd cholesterol behandeld.
Indien u diabetes mellitus heeft, wordt dit altijd behandeld.
CONTROLES BIJ HP BRUENS
Wanneer u bekend bent met hypertensie wordt uw bloeddruk afhankelijk van de andere risicofactoren 2-4 keer per jaar gecontroleerd. Soms wordt ook een 24-uurs bloeddrukmeting gedaan om de diagnose hypertensie te stellen of om het effect van een behandeling te evalueren.
Elke 3 maanden controleert de assistente de bloeddruk.. Een keer per jaar komt u bij de praktijkverpleegkundige die de uitslagen van bloed en urine onderzoek en uw leefstijl met u bespreekt, bloeddruk, gewicht en buikomvang meet en een nieuwe risicoschatting maakt. Wanneer u medicatie gebruikt, wordt het gebruik geëvalueerd. Als het risico is toegenomen, krijgt u misschien (een hogere dosis) medicijnen om de bloeddruk te verlagen.
Als u cholesterolverlagende medicijnen krijgt, wordt uw cholesterol na enkele weken tot een paar maanden gecontroleerd. Daarna wordt u jaarlijks gecontroleerd waarbij naar alle risicofactoren wordt gekeken.
De assistente/praktijkverpleegkundige bespreekt de uitkomsten en behandeling van de controles zo nodig met de huisartsen. Indien nodig wordt uw behandeling aangepast. Zo nodig wordt u verwezen naar een diëtiste en/of fysiotherapeut.