Wat is diabetes mellitus?
Diabetes mellitus (kortweg diabetes) ofwel suikerziekte is een stoornis waarbij de hoeveelheid suiker (glucose) het bloed verhoogd is. Daarom spreekt men ook wel van suikerziekte.
Glucose komt uit de koolhydraten in onze voeding. Het hormoon insuline zorgt ervoor dat de lichaamscellen glucose uit het bloed opnemen.
Type diabetes
Bij type 1 diabetes maakt de alvleesklier nauwelijks insuline. Deze vorm komt vanaf de kinderleeftijd voor. Patienten worden hiervoor in het ziekenhuis behandeld.
Bij type 2 diabetes zijn de lichaamscellen minder gevoelig geworden voor insuline. Als reactie gaat de alvleesklier meer insuline aanmaken. Wanneer dat niet meer lukt, ontstaat er een tekort aan insuline. Het glucosegehalte in het bloed wordt dan te hoog. Deze vorm ontstaat meestal pas na het veertigste jaar, maar komt steeds vaker ook op jongere leeftijd voor, met name bij mensen die te dik zijn. De meeste patiënten worden in de huisartsenpraktijk behandeld.
Behandeling van diabetes mellitus
Diabetes lijdt tot schade aan de bloedvaten en de zenuwen. Dit kan zich uiten in hart- en vaatziekten zoals een hartinfarct of een beroerte maar ook in slechter zien, nierschade of een “diabetische voet” waarbij slecht genezende wonden ontstaan die kunnen lieiden tot amputatie. Scahde aan de zenuwen uit zich in pijn en tintelingen in armen en benen, loopproblemen of seksuele stoornissen. Het doel van de behandeling is schade als gevolg van verhoogde bloedsuikers te voorkomen door de bloedsuikers te verlagen.
Belangijke adviezen
Gezonde voeding
Overgewicht vermijden
Niet roken
Lichaamsbeweging
Jaarlijkse griepvaccinatie
Medicijnen
Er wordt gestart met tabletten die het glucosegehalte verlagen. Als deze onvoldoende helpen, zal met insuline worden gestart. Door het verhoogde risico op hart en vaat zieketen krijgt u vrijwel altijd het advies om een cholesterolverlagend medicijn te gaan gebruiken. Daarmee vermindert u het risico op hart- en vaatziekten.
Controles
U krijgt meestal te horen of u diabetes heeft naar aanleiding van een bloedonderzoek dat is.
De praktijkondersteuner zal u uitleg geven over diabetes mellitus en de behandeling, doorgaans trekt zij daar 1 of 2 consulten voor uit.
Elke 3 maanden is er een controle waarbij uw nuchtere glucose gehalte, het gewicht, de bloeddruk, medicatiegebruik, eventuele klachten en uw leefstijl aan de orde komen. Indien u aan zelfcontrole doet of insuline spuit, krijgen de technieken en controles ook tijdens elk consult aandacht. Eénmaal per jaar is de zogenaamde jaarcontrole. Hierbij wordt u uitgebreider onderzocht met aandacht voor bloed en urineonderzoek en onderzoek van uw voeten.
De praktijkondersteuner bespreekt de uitkomsten van de controles en behandeling met de huisarts en stelt samen met hem/haar de behandeling bij.
De oogarts maakt één keer 1-2 jaar een fundusfoto ( opname van het netvlies) om afwijkingen aan de bloedvaten in uw ogen die kunnen leiden tot blindheid op te sporen.